Als Tineke Diepbrink (57) om 6.45 uur arriveert op haar werk, komt op de afdeling een van de bewoners haar vaak al tegemoet. “Een lopertje”, lacht Tineke. “Ik neem haar mee en we drinken samen alvast een koffie aan de ontbijttafel”. Tineke is verzorgende IG en Eerst Verantwoordelijke Verzorgende bij verpleeghuis Rozenholm in Aalsmeer en praat met ongelooflijk veel liefde over haar werk. “Ik heb hier alle tijd voor de bewoners.”

Ze heeft al een lange carrière in de zorg achter de rug. Eerst werkte ze - ook als verzorgende -  in Amsterdam, maar dat betekende elke dag meer dan 2,5 uur reizen. Nu kan ze op de fiets. Dat was in eerste instantie de belangrijkste reden om over te stappen naar Amstelring.

In het OV op de weg terug van haar oude werk zag ze een vacature bij Rozenholm, ze belde meteen en kon een dag meelopen. Het voelde goed: “Rozenholm is een kleinschalig huis. Je zit met z’n drieën op een groep van 13 bewoners. Dat is luxe. Ik ervaar niet veel werkdruk.” 

De zorg van nu: minder in een keurslijf

Het fijnste vindt ze dat je tijd hebt om met de bewoners te zitten, een praatje en een grapje te maken. Tijd om de zorg naar hun behoeften vorm te geven. Minder in een keurslijf, dat is de zorg van nu. “Vroeger waren er bijvoorbeeld 3 toiletrondes op een dag, dan moest iedereen naar het toilet, ook als ze niet hoefden.” Tineke is blij dat het tegenwoordig flexibeler is. “Als iemand niet wil douchen, dan douchen we de volgende dag wel. En als iemand 3 boterhammen met hagelslag wil, en die zelf wil smeren, ook geen probleem. Daar waar kan geef ik ze het liefst zelf de keuze.” 

De werkdruk bij Rozenholm wordt ook verlicht door de vele vrijwilligers die er werken, ook familie van bewoners helpt weleens mee. Tineke vertelt over een vrijwilliger, een oud-verpleegkundige, die 4 keer in de week lunch komt maken. “Heel fijn. Laatst nog, heeft ze stapels pannenkoeken gebakken. Sommige bewoners hebben er wel 5 of 6 op. En alles zat onder de stroop, haha.”  

Deuren van het slot

Denken in mogelijkheden, niet in problemen, dat is Tineke’s motto. De afdeling waar Tineke werkt is nu nog gesloten, maar dat verandert binnenkort. De deuren gaan van het slot. Een goede ontwikkeling, vindt Tineke. “Dan wordt hun wereldje weer wat groter. Ze kunnen andere delen van het huis ontdekken.” Het gevaar is er natuurlijk dat er bewoners weglopen en verdwalen, “maar dat risico is best klein”, zegt ze verwijzend naar hulpmiddelen als tags en horloges. 

Met een glimlach krijg ik lachende gezichten terug

Dat de sfeer goed is op de afdeling, dat is het belangrijkst, aldus Tineke. Ze probeert zelf ook de stemming er in te brengen. “Ik ben ook wel eens chagrijnig, natuurlijk, maar dan zet ik toch een glimlach op mijn gezicht zodra ik aan het werk ga. Dat werkt aanstekelijk, ik krijg dan ook meer lachende gezichten terug.”

Natuurlijk zijn bewoners niet altijd blij. Moeilijk is het om te zien als iemand snel achteruit gaat. “Als ze steeds minder herkennen en begrijpen. Soms leidt dat ook tot agressie”, legt Tineke uit. In plaats van bewoners lastig of vervelend te noemen, gaat ze liever op zoek naar de reden erachter. “Het kan goed zijn dat iemand pijn heeft, maar dat niet onder woorden kan brengen. Of omdat er veel flexwerkers zijn geweest, die ze niet kennen. Of dat ze een drukke dag met familie hebben gehad. Ik wil begrijpen waar de onrust vandaan komt.”

Blijf op de hoogte van
de nieuwste vacatures!

Meld je aan en ontvang ze als eerste in je mailbox.